9 september 2005

Kosten invoeren kilometerprijs nog te hoog
Uit de Nota Mobiliteit blijkt dat de kosten voor de invoering
van een kilometerprijs op dit moment nog te hoog zijn. Automobilisten
gaan op korte termijn wel betalen voor de versnelde aanpak
van knelpunten op de weg.
Minister Peijs (VenW) heeft het derde deel van de Nota Mobiliteit
samen met de uitvoeringsagenda naar de Tweede Kamer gestuurd.
In deel III zijn de adviezen van medeoverheden en maatschappelijke
partijen verwerkt.
De Nota Mobiliteit beschrijft de uitgangspunten voor het
verkeers- en vervoersbeleid tot 2020. Het eerste deel kwam
in september 2004 uit. De uitgangspunten zijn niet veranderd:
een voorspelbare en betrouwbare reistijd, voorrang voor
de economie en een grotere rol voor bedrijven en andere
overheden.
Concrete doelen in Nota Mobiliteit-deel III zijn
voor 2020:
- in 2020 komt 95% van de reizigers op tijd aan;
- de files zijn 40% korter;
- er vallen maximaal 580 verkeersdoden (300 minder dan
in 2004);
- de uitstoot van fijn stof en stikstofoxiden (NOx) is
met 40% gedaald.
Voor de uitvoering van de Nota Mobiliteit stelt het kabinet
80 miljard euro beschikbaar.
Kilometerprijs
Het Platform Anders betalen voor mobiliteit
(Commissie-Nouwen) adviseert het
kabinet automobilisten te laten betalen voor het gebruik
van de weg. Dit advies sluit aan bij de Nota Mobiliteit.
Het kabinet is voorstander van de kilometerprijs die het
Platform voorstelt. Maar het kabinet vindt, net als het
Platform, de kosten voor de invoering ervan op dit moment
nog te hoog.
Deze kosten bedragen eenmalig 3 miljard en daarna jaarlijks
800 miljoen voor de exploitatie. Ook zijn de technologische
ontwikkelingen nog te onzeker. Het kabinet volgt het advies
van het Platform om iedere twee jaar te bekijken of een
besluit over de kilometerprijs financieel verantwoord is.
Versnellingsprijs
Het kabinet gaat op korte termijn wel aan de slag met de
zogeheten 'versnellingsprijs'. Automobilisten betalen dan
de extra kosten voor versnelde aanleg van infrastructuur
op plaatsen waar veel files zijn. Zij betalen het geld aan
een onafhankelijke inningsorganisatie.
Anders dan in het advies van het platform gaan automobilisten
pas betalen als de werkzaamheden klaar zijn. Ook vindt het
kabinet dat weggebruikers een alternatieve route moeten
kunnen kiezen.
Openbaar vervoer
Rijk, regionale overheden, vervoerders en reizigersorganisaties
hebben in het OV-beraad besproken hoe de verschillende vormen
van openbaar vervoer beter op elkaar te laten aansluiten.
Reizigers reizen volgens het OV-beraad niet van station
naar station, maar van deur tot deur.
Het kabinet heeft daarom besloten per gebied een netwerkanalyse
te gaan maken. Deze analyses moeten zorgen voor een betere
toegang tot de grote steden, betere afstemming van de dienstregelingen,
kortere wacht- en overstaptijden en bijvoorbeeld goede fietsstallingen.
Een betrouwbaar en beter openbaar vervoer moet voor 20%
meer reizigers zorgen.
bron: Ministerie V en W
meer info: Nota
Mobiliteit (PKB3)
|