|
20 december 2005
Brinkman: politiek lijkt niet toe aan PPS
- Publiek Private Samenwerking - |
|
Het lijkt erop dat het politiek klimaat niet rijp
is voor uitbreiding van publiek-private samenwerking,
terwijl die vorm gewenst is om de nodige investeringsruimte
in dit land te creëren. Dat zegt Bouwend Nederland-voorzitter
Brinkman deze week in een vraaggesprek met het blad Waterspiegel.
Op de vraag of de politiek toe is aan PPS,
zegt hij: “Ik zie helaas dat het de andere kant op
gaat. Ik ben op een aantal terreinen betrokken bij verzelfstandigingen,
zelfstandige bestuursorganen, privatisering, PPS, allemaal
zaken die die eigendomsthematiek raken. De beweging is eerder
richting overheid dan van de overheid af. Ik vind dat een
betreurenswaardige terughoudendheid. Ook slecht voor Nederland.
We leven in een tijd waarin investeringen in infrastructuur,
ook in de waterinfrastructuur, forse kapitalen vragen. Een
tijd waarin er ook voldoende beleggers zijn, grote institutionele
instituten die in producten willen beleggen waar een constante
markt voor is. En zij willen ook best rekening houden met
publieke belangen die in het geding zijn. Water kent een
aantal publieke belangen. Dus als de overheid de kwaliteitsnorm
bepaalt, kan iedereen daar mee leven. Maar die hele logistieke,
commerciële, distributieve kant van de zaak, waarom
moet je dat allemaal in overheidshand hebben. Die
heeft toch wel dringender dingen te doen.”
“Er is nadrukkelijk behoefte aan een soort herschikking
van de publieke prioriteit. We hebben de laatste tijd heel
veel gesproken over sociale zekerheid, koopkracht, pensioenen,
allemaal aan de inkomenskant. Naar verhouding op korte termijn
geredeneerd, terwijl de grote infrastructuur achterstallig
onderhoud vertoont. Je ziet dat ook bij de waterproblematiek.
De waterschappen, de rioolheffingen, de waterkeringen, iedereen
denkt na over hoe kom ik aan centen. Maar de overheid zegt:
‘Ik heb er geen geld voor’. Heffingen kunnen
niet omhoog, want dan krijg je een politiek debat. En ondertussen
loopt het water je over de voeten. Dus je moet op een of
andere manier toch proberen investeringsruimte te creëren,
iemand moet bereid zijn er geld in te stoppen. Daarom
juich ik publiek-private samenwerking toe.”
bron ; Bouwend
Nederland
|